U bent gewaarschuwd

U bent gewaarschuwd

Handelingen 28, 11-31

Kaart van de reis van PaulusNa een verblijf op het eiland Malta van drie maanden vertrokken wij vandaar met een Alexandrijns schip dat op het eiland overwinterd had. Het heette ‘Castor en Pollux’, dat zijn de tweelingzonen van de oppergod Zeus die golden als de redders op zee, wanneer een schip in nood was. Wij deden Syracuse aan en bleven daar drie dagen, waarschijnlijk om lading te lossen en nieuwe vracht aan boord te nemen. Toen zeilden wij verder langs de kust naar Regium, de eerste stad in Italië zelf, en toen de wind zuid werd, konden wij al een dag later naar Puteoli. Daar troffen wij geloofsgenoten aan, die ons uitnodigden een week lang bij hen te blijven. Hoe die broeders en ik neem aan ook zusters daar waren, vertelt Lukas ons niet. Ze waren er opeens. Misschien hadden ze al bericht gekregen? Paulus zelf kon niets doen, want die was gevangen. Maar zijn begeleiders zoals Lukas hadden wel de mogelijkheid van het schip af te gaan en met mensen te spreken. En zo was de komst van Paulus waarschijnlijk als een lopend vuurtje verspreid. Trouwens, zo streng was de bewaking van Paulus nu ook weer niet, want hem werd toegestaan een week lang bij de zusters en broeders te verblijven. Dat moet voor hem een hele opsteker zijn geweest!

Van Puteoli gaat regelrecht een lange weg naar Rome, de beroemde ‘via Appia’. Over die weg moest men lopend de hele afstand afleggen. Misschien was er een ezelskar, waarop Paulus kon meerijden. Hoe dan ook,toen zij Rome naderden, kwamen Gemeenteleden hem al tegemoet. Want in Rome was al een christelijke Gemeente ontstaan. Daar had Paulus immers zijn Romeinenbrief aan geschreven, ook wel het testament van Paulus genoemd. Het gerucht van Paulus’ komst had Rome al bereikt. Al ver voor Rome, kwamen ze elkaar tegen, Paulus en de mensen uit Rome. Daar leefde de apostel helemaal van op. Toen Paulus hen zag, dankte hij God en greep moed. Zo schrijft Lukas daarover.

Nu is dan Paulus eindelijk in Rome en dan zou je denken, dat we iets gaan horen over de voortgang van zijn proces en de afloop ervan. Is de apostel terechtgesteld? Of is hij vrijgesproken en daarna verder getrokken naar Spanje? Daar horen we allemaal niets van, jammer genoeg. Wist Lukas dat dan niet? Natuurlijk wel! Maar hij vindt het niet belangrijk genoeg om te vertellen. Het gaat hem namelijk in het hele boek Handelingen  niet om de belevenissen van Paulus , om die door te geven, maar het is ‘m begonnen om het Evangelie van Jezus Christus, om te vertellen hoe dat Evangelie door Paulus gebracht is naar Rome, als het centrum van de toenmalige wereld. Wat Paulus daarbij overkomen is, is eigenlijk maar bijzaak! Alleen wat in betrekking staat tot de verkondiging van het Evangelie, dat vertelt hij. Daarom horen we niets van het proces, maar wel dat de apostel op zich zelf mocht gaan wonen om in alle vrijheid het Evangelie uit te dragen. Wat zullen daar een hoop mensen over de vloer gekomen zijn! Want niemand kon zo vurig over het Evangelie vertellen als Paulus. Drie dagen had hij nodig om zich in te richten en toen riep hij de vooraanstaande Joden bij zich. Tot hen zei hij: “Landgenoten! Hoewel ik nooit iets tegen het volk en de gewoonten van onze vaderen heb  gedaan, werd ik toch aan de Romeinen overgeleverd en zo kom ik hier als gevangene uit Jeruzalem. De Romeinen hebben mij verhoord, zij wilden mij vrijlaten, omdat ik in geen enkel opzicht de dood schuldig ben, maar toen de Joden daartegen protesteerden, heb ik geëist de zaak aan de keizer voor te leggen. Maar nogmaals wil ik benadrukken, dat ik van mijn kant niets tegen mijn volk heb. Daarom ben ik dus hier en heb ik u uitgenodigd bij mij te komen, om u te begroeten en u toe te spreken. Om Israëls geloof in de Messias draag ik deze boeien!” Zij antwoordden hem: “Niemand heeft ons uit Jeruzalem over u geschreven. Er is ook geen enkele landgenoot tot ons gekomen, die ons iets ten nadele over u heeft bericht. Maar nu wilden wij wel eens van u zelf horen, waar uw verkondiging op neer komt, want wat die partij betreft waar u toe behoort, weten wij wel zo veel, dat er aan alle kanten tegen geprotesteerd wordt.”

Zo maakten zij voor een bepaalde dag een afspraak met elkaar en op die dag kwamen er heel veel mensen in Paulus’ huis om naar hem te luisteren. Van heel vroeg in de ochtend tot laat in de avond gaf de apostel uitleg over het Koninkrijk van God en alles wat Jezus daarover verteld heeft en waarom hij gekruisigd werd en al die dingen, die ons ook verteld worden in de Kerk. Hij probeerde aan de Joden vooral ook te bewijzen, dat Jezus de Messias is, die zij eeuwen lang verwachten en over wie de profeten zo veel gezegd hadden. Sommige toehoorders werden door het woord van Paulus aangeraakt, zodat zij tot geloof kwamen, anderen lieten zich door hem niet overtuigen. Precies zoals dat nu nog is: de één komt tot geloof, een ander haalt er zijn schouders voor op.  “Zij gelooft en zij gelooft niet”, zo heette een programma van de EO. In onderlinge onenigheid gingen zij weer naar huis. Maar Paulus riep hen nog na: “Weten jullie nog van Jesaja, hoe die door de Geest van God moest zeggen:

Zie, ik schonk u een hart en ogen en oren,
maar gij wilt niet verstaan, niet zien en niet horen.
Verhard is uw hart en uw oren en ogen
houdt gij gesloten en leeft slechts uit logen (dat zijn leugens).
Hindert gij God u te helpen, te helen,
weet, dat gij dan slechts uw heil zult verspelen.”

Ja, beseft dat goed, dat jullie je heil, dat is je levensgeluk, zult verspelen! Aan de ongelovigen wordt dat nu geschonken, zij zijn het die het woord van Gods heil nu zullen horen!”. 

En zo is het ook gebeurd. Twee jaar lang heeft Paulus nog het Evangelie mogen verkondigen in alle vrijheid, in zijn huis te Rome. Wat er daarna met hem  is gebeurd, weten  we niet. Maar we weten wel, wat er daarna met het Evangelie is gebeurd: die is als een echte blijde boodschap vanuit Rome de wereld ingegaan om ook hier te landen, bij jullie.

De gelovigen zijn vaak afgestompt. Zij hebben er geen oren meer naar, naar dat heil, precies zoals Jesaja gezegd heeft. Daarom wordt het geschonken aan ongelovigen. Zou dat vandaag ook niet zo zijn?  De kerken zoeken op alle mogelijke manieren wegen om de ongelovigen te bereiken, en dat is goed. Want daar is het Evangelie voor! Als de gelovigen het af laten weten, dan moeten ongelovigen ons opnieuw laten zien wat Evangelie is! In de zogenaamde achtergebleven landen is dit volop aan de gang. Daar groeien de kerken, spectaculair, omdat die mensen begrijpen wat het Evangelie betekent. Zo gaan de armen ons rijken vóór! Wij hebben nog heel veel te leren, Gemeente…

“Hindert gij God u te helpen, te helen,
Weet, dat gij dan slechts uw heil zult verspelen.”

Amen.                             

Eén gedachte over “U bent gewaarschuwd”

  1. Sterk slot van de preek. Inderdaad, wij christenen nemen ons behoud maar al te vaak “for granted”. En dan gaat snel ons denken, onze levensstijl niet meer die zijn van een in Christus behouden mens. Staan we nog voldoende stil bij die ontzagwekkende daad van God, dat Hij zondige mensen, die niet anders dan de dood verdienen, genade verleent, door Zelf de straf te dragen die eigenlijk de onze is ? Beseffen we nog voldoende wat dat eigenlijk ten volle betekent ? Laat ons dan – ieder voor zich – ervoor zorg dragen dat Christus, op die dag, niet zal hoeven te spreken tot ons zoals Hij heeft gesproken in Openbaring tot vele mensen uit de gemeentes van Efeze, Sardes of Laodicea.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *