Vergeten

Wat is het lastig, wanneer je vergeetachtig bent geworden! Oudere mensen hebben er dikwijls veel moeite mee, dat zij zo van alles vergeten. Je weet dat je iemand kent en zelfs vaak ontmoet hebt en toch kun je maar niet op zijn of haar naam komen.

VergetenWat is het lastig, wanneer je vergeetachtig bent geworden! Oudere mensen hebben er dikwijls veel moeite mee, dat zij zo van alles vergeten. Je weet dat je iemand kent en zelfs vaak ontmoet hebt en toch kun je maar niet op zijn of haar naam komen.

Genesis 41, 51: “Jozef gaf aan de eerstgeborene de naam Manasse, want (zeide hij) God heeft mij al mijn moeite doen vergeten, en ook het gehele huis van mijn vader”.

Je neemt je voor een bepaald iets aan iemand te vertellen, als je ‘m weer eens ziet, maar als ’t dan zo ver is ben je weer vergeten, wat je vertellen wou. Je hebt met aandacht naar een preek geluisterd, maar als dan iemand je later vraagt waar ’t over ging, ben je ’t kwijt. Het is alsof je geheugen een zeef is geworden, waar alles dóórloopt.

Dat stemt ons weemoedig. Je bent er soms kwaad om, want je hebt er een hekel aan. Vroeger kon je alles onthouden, en nu? Je wilt toch zo graag jong en vitaal blijven. De aftakeling van de oude dag, daar zit niemand op te wachten! Het klagen en mopperen is ons dan meer nabij dan het dragen en bidden om kracht.

Toch kan vergeten ook wel eens een zegen zijn.

Kijk maar eens naar het Schriftwoord hier boven. Aan Jozef werden in Egypte twee zonen geboren. Manasse (“die doet vergeten”) is de eerste. Hij kreeg die betekenisvolle naam, omdat Jozef dacht dat God hem al zijn verdriet en zijn hele familie zou doen vergeten. Jozef was er blij mee, dat hij zijn verleden kon vergeten en een nieuw leven kon beginnen. Met huwelijk en geboorte van kinderen begint een nieuw stuk leven. Dan moet je niet meer blijven hangen aan het “oude”. Stel je voor, dat Jozef altijd maar had moeten denken: “Hoe zou het nu met mijn oude vader gaan? En met Simeon en Ruben en die andere lelijke broers van me, die me zo getreiterd hebben en in de put hebben gegooid om me dood te laten gaan?”

Als hij zó bezig was geweest, dan zou hij -denk ik- totaal ongeschikt zijn geworden voor zijn belangrijke werk als onderkoning van Egypte. Maar gelukkig, God deed hem al dat verdriet, dat onrecht ook, dat hij had moeten doormaken, nota bene door toedoen van zijn eigen familie (van je familie moet je ’t maar hebben!) vergeten, helemaal vergeten, en dat was voor hem een grote zegen! Nu was Jozef nog betrekkelijk jong. Hoeveel te meer geldt dit voor oudere mensen! Die hebben nog meer om in hun leven op terug te kijken, in wrok om te zien. Heus, wij moeten niet klagen over onze vergeetachtigheid, al is het soms ook heel vervelend. Is het soms niet ook een groot voorrecht, dat je vergeten kúnt? Dat je vergeten mág? Al die ellende van vroeger, waar je ook zelf schuldig aan bent, waar je je over schamen moet, al die tekortkomingen op je werk, in je huwelijk, in de opvoeding van je kinderen, bovenal tegenover God. Dat je ze vergeten mag, omdat God ze heeft weggedaan! Heel dat verleden, dat ons aanklaagt, die beerput, vergeten, omdat God heeft vergéven.

“Zo ver het Westen is van het Oosten, zó ver heeft Hij onze schuld en zonde weggedaan”. Zó ver ligt ook ons schuldige verleden achter ons, dat we vergeten mogen!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *