Mijn oog is op u

Je wilt je wel eens beteren gaan, je leven veranderen, maar je voelt je zo machteloos, zo alleen staan. “Ik wil wel” zeggen we dan. Maar heeft u ook wel eens gedacht aan “Wij willen wel en gaan samen aan het werk”? Je hoeft ’t niet alleen te doen: Hij staat naast ons en neemt ons bij de hand en leidt ons…

Psalm 32, 8
“Ik leer en onderwijs u aangaande de weg die gij moet gaan, ik raad u; mijn oog is op u.”

Beeld van engelWie geeft deze belofte? Dat is niet helemaal duidelijk.

Eerst spreekt de Psalmdichter de mens zalig, wiens zonden zijn vergeven. Dan deelt hij zijn eigen ervaring mee: toen hij zijn zonden verzweeg, drukte de hand van de Heer zwaar op hem; maar toen hij zijn zonden beleed, ontving hij vergeving en veranderde er alles in zijn leven. Vandaar zijn goede raad:

“Daarom bidden iedere vrome tot U, ten tijde dat Gij U laat vinden.”

Daarna richt hij zich rechtstreeks tot de Heer: “Gij zijt mij een verberging, Gij bewaart mij voor benauwdheid, Gij omringt mij met jubelzangen en bevrijding”. Hierna komt de belofte van onze tekst: “ik leer en onderwijs u aangaande de weg die gij moet gaan. Ik raad u; mijn oog is op u.”

Nogmaals: wie geeft deze belofte? Koning David? Hij heeft toch de meeste Psalmen geschreven. De traditie spreekt niet voor niets van de “Psalmen Davids”. Maar het slot van deze belofte dan? “Mijn oog is op u”. Dat krijgt pas een echt troostvolle betekenis, als we daarbij aan God Zelf denken! Wanneer God deze woorden gesproken heeft, wordt de zin ervan nog veel dieper dan wanneer het alleen woorden uit de mond van David zijn. Daarom kunnen we het beste aannemen, dat David hier de woorden van God herhaalt. Woorden die hij uit de mond van God gehoord heeft en die hem altijd zelf tot troost zijn geweest. We denken nog even aan de levensgeschiedenis van David. We denken aan heel die droeve periode in Davids leven, toen hij Bathseba, de vrouw van een ander, een ondergeschikte, tot vrouw had genomen. Hij was op een verschrikkelijke dwaalweg geraakt, het spoor helemaal bijster, en wat zou er van hem terecht zijn gekomen, als de Heer Zich niet over hem ontfermd had? God wil immers Zijn knecht op de rechte weg zien. Daarom vergeeft Hij en leidt Hij Zelf hem verder. In de dogmatiek heet dit: de rechtvaardigmaking gaat hand in hand met de heiligmaking. “Ik leer en onderwijs u aangaande de weg…” We hoeven onze weg niet zelf uit te zoeken en alleen te gaan. Dan zou het, denk ik, ook niks worden, dan ben je gauw van het goede pad af! God wil met ons gaan en ons leiden. Hij bevrijdt ons niet alleen van de schuld der zonde, maar leidt ons ook in alle gerechtigheid. Hij raadt ons, Zijn oog is op ons!

Heerlijke belofte!

Je wilt je wel eens beteren gaan, je leven veranderen, maar je voelt je zo machteloos, zo alleen staan. “Ik wil wel” zeggen we dan. Maar heeft u ook wel eens gedacht aan “Wij willen wel en gaan samen aan het werk”? Je hoeft ’t niet alleen te doen: Hij staat naast ons en neemt ons bij de hand en leidt ons… En je hoeft je ook niet alleen te voelen, want “Mijn oog is op u”. Hij ziet naar ons om, elk moment van de dag. En bij alles wat we doen, kunnen we bij Hem te rade gaan: “Ik leer en onderwijs u… Ik raad u… Mijn oog is op u!”

Amen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *